Kunst verdient het volle rendement van alle investeringen in creativiteit, vaardigheden en kennis van haar beoefenaren. Kunst verdient de volle aandacht van de samenleving — in elke vorm, vanuit ieder maatschappelijik belang. Kunst verdient de volle inzet van iedere betrokkene om de waan van de dag het hoofd te bieden. Kunst verdient beter: het is de motor van cultureel vermogen.

dagopbrengst banner

wat de kunst verdient, verdient de samenleving
Politici kunnen met kunst problemen krijgen. Thorbecke wist het al, of beter gezegd, had ze al. De man was politicus. Veel kunstenaars kennen de problemen van politici en bestuurders met de kunst, maar bepaald niet omdat ze af en toe moeite hebben om hun werk gefinancierd te krijgen... Kunstenaars weten dat politici problemen met kunst kunnen krijgen omdat hun werk zich altijd verhoudt tot een samenleving waarin belangenverschillen spelen waarover de politiek hoopt te kunnen waken, opdat ze niet te expressief worden.

De bescherming van waaruit de kunsten opereren mag voor een buitenstaander enorm lijken, de wereld van de kunst, maar we weten dat alles van waarde weerloos is en dat de kunst voor haar bescherming op eigen kwaliteiten is aangewezen. Eigen kwaliteiten beschermen de kunst omdat ze communicatief zijn en daardoor altijd in onderhandeling met de samenleving. Kunst komt met ideeën, met een inhoud, met een esthetiek, die kunnen verontrusten. Als het niet door een expliciete inhoud is, of juist door een hermetische, ogenschijnlijk onbegrijpelijke, ontoegankelijke vorm, dan wel omdat er gemeenschapsgeld mee is gemoeid of omdat er mooie sier mee wordt gemaakt in een bepaald (lees: een niet-eigen aan dat van de verontruste burgers) sociaal segment. De enige manier voor een samenleving om zich tegen verontrustende kunst te beschermen ligt in de uiteenzetting met de waarden die die kunst vertegenwoordigt.

Alle kunst verdient, en verovert, daarbij een plaats: in de luwte van de tempel, in het oog van stormen van maatschappelijke onrust of op elke denkbare positie daar tussenin. Een samenleving krijgt de kunst die het verdient. De kunst verdient een samenleving die zich met haar uiteenzet, zoals de kunst dat met de samenleving doet. Kunst noch samenleving zouden zich daarbij tekort hoeven te doen. Het debat is open. Het debat is dynamisch. Het debat is innovatief. Het debat houdt de vinger aan de pols. Wat de kunst verdient, verdient de samenleving.

Een samenleving waarin angst wordt aangewakkerd maakt vreemde sprongen. Angst is het wisselgeld van het zittende Nederlandse bewind. Angst op alle fronten. Multi-culturaliteit, godsdienstvrijheid, culturele productie, waarden en normen: in elk debat heerst de angst voor onveiligheid, voor ongelijkheid, voor onherkenbaarheid, voor andere identiteiten dan de eigen.

Een samenleving die mede daarom de slopersbal op de kunsten laat vallen kan hem vroeg of laat terug verwachten, maar niet in de eerste plaats van een handvol of een landvol terecht verontwaardigde culturele producenten. Juist de ‘consument’, de betrokken burger zal de slopersbal uiteindelijk richting samenleving zwaaien en daarbij precies datgene raken waarop de woede over angst aanwakkerend beleid zich richt.

In een samenleving met een krimpende culturele diversiteit zal steeds enger worden gedacht, zullen groepen zich steeds meer opsluiten in een overzichtelijke eigen identiteit en de tolerantie voor alles dat nieuw en anders is laten varen. Zo’n samenleving raakt op een grotere schaal in een isolement. Zulk cultureel onvermogen verdient noch de Nederlandse kunst, noch de Nederlandse samenleving! Nederland verdient beter.



wat de kunst verdient      kunst verdient beter      cultureel kapitaal     opinie en commentaar